In het begin van de 19e uw was de universiteit van Edinburgh het centrum voor de opleiding medicijnen en enorm veel studenten trokken naar de hoofdstad om zich als arts te bekwamen. Zij hadden voor de anatomie lessen natuurlijk lijken nodig en tot 1832 waren die niet legaal verkrijgbaar en moest er een oplossing gevonden worden.
En zoals dat nu eenmaal gaat, ( bedenk maar eens wat er een positieve en creatieve oplossingen gevonden worden tijdens de Corona tijd nu) waren er naast eerlijke inwoners van de stad ook gewetenloze lieden die daar wel iets op wisten. Zij haalden de lijken uit de graven en verkochten die vervolgens aan de medische faculteiten voor aardig wat geld. Misschien komt de
uitdrukking: ‘De een zijn dood is de ander zijn brood’ hier wel vandaan? Het gevolg was dat er op iedere hoek van de kerkhoven wachttorens kwamen, waaruit bewakers het kerkhof in de gaten moesten houden.
Foto’s : TravellingWELL.nl
Ook aan het begin van de 19e eeuw verlieten heel veel bewoners van Ierland hun land op zoek naar een beter bestaan. William Burke en William Hare bevonden zich tussen die vluchtelingen en zij vonden, zonder dat zij elkaar kenden, een baan bij het bedrijf dat het Union Canal tussen Edinburgh en Glasgow aanlegde. Later vonden zij woonruimte in wat nu de oude stad heet, het gebied rond Grassmarket en Cowgate, waar de woningen en daarmee de pensions het goedkoopst waren.
William Hare kwam uit Ulster en moest zeer waarschijnlijk het land ontvluchten omdat hij vervolgd zou worden nadat hij het paard van zijn baas had gedood. Hij werkte aan het Union Canal en trok later naar Edinburgh en verbleef in Logue’s Lodging House. Logue stierf heel snel nadat Hare er was komen wonen (verdacht??) en Hare trouwde met zijn vrouw Margaret Laird en zij verdienden hun geld met het Lodging House waar dakloze stumpers woonden.
William Burke kwam ook uit Ulster. Hij verliet zijn vrouw en kinderen en werkte ook aan het Union Canal. Hij ontmoette er Helen McDougall en zij trokken naar Edinburgh en huurden als getrouwd stel een kamer in het Lodging House van Burke en Margaret Laird. Dit echtpaar had een slechte reputatie evenals de meeste inwoners van die buurt: criminelen, hoeren en anderen van laag allooi. Ze konden het echter met zijn 4en heel goed met elkaar vinden en werden vrienden of eigenlijk drinkmaatjes ( netjes uitgedrukt).
Foto : https://www.historic-uk.com/
In 1827 overleed een al wat oudere huurder, die Hare nog ruim £4.00 huur schuldig was. Burke hoorde Hare vloeken en had ineens een lumineus idee. Zij haalden zijn lichaam uit zijn doodskist en vulde die vervolgens met boomschors en reden het lichaam ’s nachts in een kruiwagen naar Surgeon’s Square, waar professor Knox hen £7.00 en 10 shilling betaalde voor het lijk en niet vroeg hoe ze aan hem kwamen. Ze vonden het een goede opbrengst voor slechts 1 nacht werk en een nieuwe broodwinning was ontstaan……Er was echter één nadeel: Ze moesten altijd wachten tot er weer een lijk was!
Gelukkig kwam er al gauw een nieuw slachtoffer en wel Joseph Miller, die al behoorlijk ziek was. Waarom zouden ze hem niet een handje helpen? Ze voerden hem een slechte kwaliteit whisky en de man stikte.
Foto: http://www.ourtownstories.co.uk/
Gretig zochten ze naar andere slachtoffers en jawel een zekere Abigail Simpson werd het huis binnen geleid en ook zij werd vakkundig koud gemaakt, zonder dat er sporen achterbleven op het lichaam. Zij brachten haar naar de professor voor ze goed en wel koud was en kregen £15.00 omdat ze nog zo vers was.
Deze praktijken gingen een aantal jaren zo door tot ze bijna tegen de lamp liepen toen ze een prostituee vermoordden. Ze werd nl. herkend op de snijtafel door een aantal studenten, die haar intiem kenden, maar die wisten niet wie haar gebracht en verkocht hadden.
Foto: http://www.ourtownstories.co.uk/
Gelukkig liepen ze uiteindelijk toch tegen de lamp, toen een andere huurder haar kous zocht en een lijk onder haar bed vond. De heren werden opgepakt, maar Hare getuigde tegen Burke en alleen Burke werd veroordeeld. Hij werd opgehangen en daarna werd zijn lichaam naar de snijtafel gebracht, zodat hij hetzelfde lot onderging als zijn slachtoffers. Zijn skelet kun je nog steeds bewonderen in het universitaire anatomische museum in Edinburgh. De inwoners van Edinburgh waren enerzijds ontzettend opgelucht, dat de moordenaar nu gepakt was, maar ook ontzettend kwaad en ze dreigden met een opstand als ze geen toestemming kregen om zijn dode lichaam te zien liggen op de snijtafel. De toestemming werd toen noodgedwongen gegeven en er stroomden meer dan 20.00 nieuwsgierigen langs de snijtafel.
Hare vluchtte na zijn vrijlating naar Engeland. Van hem werd nooit meer iets vernomen….. De dokter, die hun lijken kocht zonder te onderzoeken waar die lijken vandaan kwamen, kreeg later berouw, waarop hij van de lijken, die hij gekocht had, kleine houten beeldjes maakte en die in kleine doosjes begroef aan de kust. Het bleken er 17 te zijn, dus men neemt aan dat het duo 17 lijken door heeft verkocht aan hem.
Dit was een bekend kinderliedje in die tijd:
Up the close and down the stair,
In the house with Burke and Hare.
Burke’s the butcher, Hare’s the thief
Knox, the man who buys the beef.
Er is een nu een pole dance / lapdance bar naar het illustere duo genoemd: Burke and Hare Pub 2 High Riggs West Port.
Pingback: Het tranentrekkende verhaal over Greyfriar’s Bobby in Edinburgh | Tina Somberg
Pingback: Een wandeling in een bijzonder mooi stukje Edinburgh: The Dean Village Stockport Walk | Tina Somberg